Het berekenen van de oppervlakte is een basisvaardigheid ter voorbereiding op je eindexamen. Ik heb een handig stappenplan voor je gemaakt die je kunt toepassen. Allereerst is het goed om te weten waarvoor je de oppervlakte nodig hebt. Soms zal er letterlijk gevraagd worden naar het begrip oppervlakte, maar soms zit hij ‘verstopt’ in de vraag. Er kan dan bijvoorbeeld gevraagd worden om te berekenen hoeveel m2 vloer je moet gaan kopen of om te kijken hoeveel stenen je moet kopen om een terras te maken in een tuin.
- – Kijk welke lengtemaat er gevraagd wordt (meestal zal dit meter zijn). Wordt er geen lengtemaat gegeven? Kies er dan zelf een, het makkelijkste is er een te kiezen waarvan de eenheid al is aangegeven.
- – Zorg dat je van alle zijdes de lengtemaat weet.
- – Reken deze eventueel om naar de gevraagde lengtemaat.
- – Oppervlakte bereken je door van een rechthoekig figuur de lengte x breedte te doen.
- – Is het figuur geen rechthoek, maak er dan ‘losse’ onderdelen van.
Zie onder het kopje ‘Materialen’ voor verschillende rekenvoorbeelden en een handig stappenplan.
Je hebt nu de uitleg gezien en/of gelezen. Tijd om te gaan oefenen. Klik op oefeningen van dit onderwerp. Je krijgt nu een serie van 5 vragen. Na elke vraag krijg je direct te zien waarom je vraag juist of onjuist is. Je kunt hierna indien gewenst de oefeningen opnieuw starten. Je krijgt dan weer 5 nieuwe vragen. Dit kan je blijven herhalen en zo kan je eindeloos blijven oefenen. Tot dat je genoeg geoefend denk te hebben en klaar bent voor de eindtoets van dit onderwerp.
Ik wil je heel veel succes en heel veel rekenplezier toewensen!